NUT TREES
This page contains information about nut trees that thrive in the Northern Hemisphere (such as Western & Northern Europe, Northern America and Russia) . When more pictures and information of other nut trees are contributed (by readers), a larger variety of nut trees will be displayed.
This page will be further translated in English
Walnut Tree
DESCRIPTION
The Walnuts in the photo above are still in the enclosing husk at this stage of growth. When ripening in autumn, it sometimes already cracks open on the tree. Other times the husk bursts open when the walnut falls to the ground. Often though the husks are intact when harvesting from the ground and need to be removed from the walnut inside. The husks of the depicted tree were firmly formed.
The walnut tree in full regalia
THE HUSK
The husk is light green and of a hard substance. To remove it from the walnut inside, soak the husks in water for 3 days. The husk then becomes soft and can then be peeled. If you leave the bolster in place without soaking, it will turn black. Once the husk has been removed, the well-known ribbed relief of the hard shell of the walnut emerges.
BLOEI
Onderstaand de walnooit in bloei (de vrouwelijke bloem). (Dit is van een andere walnootsoort dan de afbeelding van het blad hier boven).
De ‘katjes’ hangen in gebundede sliertjes naar beneden. Daarop zitten piepkleine bloemetjes die pollen produceren. Dit zijn de mannelijke bloemetjes. Een en ander vindt middels kruisbestuiving plaats door de wind. Deze blaast of waait de pollen in de lucht, en zo worden de vrouwelijke bloemen bestoven. Later groeit uit elke bevruchte vrouwelijke bloem een walnoot. Hieronder zie je het flirt stadium. Als je goed kijkt zie je het vrouwelijke bloemetje vlak rechtsboven de katjes zitten.
CHARACTERISTICS
NAME
The Walnut (Latin) Juglans Regia,is among the most common walnut species.
GENERA
Other walnut species belong to this genus (which are less common on the market). The image below is the Walnut (Okkernoot). These are recognizable by the thick ribbed edge on the side.
SPECIES
Er zijn meerdere geënte soorten van de walnootboom. De noten variëren dan licht van grootte of smaak. Deze kunnen bijvoorbeeld afkomstig zijn uit Nederland en België, Fankrijk, Duitsland, Bulgarije. Buiten Europa zijn Amerika en China grote producenten. Om maar een paar rassen te noemen met namen van de diverse walnootsoorten zijn: Broadview, Buccaneer, Parisienne, Soleze, Coenen, Axel, Red Danube, Proslavski.
FAMILIE
Juglandáceae (Latijn) Okkernootfamilie (Nederlands).
Juglandáceae is afgeleid van het Latijnse ‘Iuglans’ wat walnoot betekent, en ‘aceae’ wat betekent ‘behorend tot’, of ‘komt overeen met’ (de walnootachtigen). ‘Regia’ van Juglans Regia, staat voor regeren.
LEAF
The Walnut leaf can be about 30 to 35 cm long and the 7 to 9 smaller leaf segments 10 cm. The leaf has a beautiful oval shape and is smooth with an equally smooth edge. It is a firmly formed thick leaf with a matt glossy dark green even color. The grain is uneven pinnate and light green in color, except when the sun is on it, it is an almost translucent light green. The vein structure is therefore illuminated by the dark green leaf. All these characteristics together give the leaf of the walnut tree a chic look. The crown forms a dense canopy in summer. No other plants grow under it.
LEAF
Walnut trees are deciduous. The leaves turn yellow and brown in the fall and lose their foliage early in the fall. It is best to remove them from the floor and fertilize the soil with extra lime (for the hard shells of the walnut) and manure.
MEER KENMERKEN
HOUT (Bast en Hout)
Zwaar Hard Hout. Vers hout heeft een okergele kleur. Het gedroogde hout is chocoladebruin van kleur. Het wordt gebruikt voor hoge kwaliteit vloeren, gitaren, meubels, enzovoort.
HOOGTE
De Walnootboom kan een hoogte bereiken van zo’n 30 meter.
OMVANG
Het bladerdak kan zo’n 1o tot 15 meter breed worden wat een grote omtrek is voor de kroon van een boom.
GROND
Kalkrijk
LEEFTIJD
500 jaar (schatting)
GEOGRAFISH (Nederland-Wereldwijd)
De Walnootboom wordt tot de Nederlande flora gerekend, omdat deze hier heel goed gedijt. Maar van oorsprong komt de Walootboom misschien niet uit deze regio. Het is niet bekend waar de Walnoot precies zijn oorsprong heeft. Dat zijn logischerwijs altijd de gebieden of de klimaatzones waar de boom er het mooiste bijstaat en de beste noten produceert. Een ander kenmerk is dan dat de boom zich van nature in het wild voortplant.
Dat zijn voor veel noot- en fruitbomen vaak de mediterrane gebieden zoals het zuiden van Europa. In Nederland wordt de boom doorgaans aangeplant. Maar toch blijkt uit oude botanische ilustraties en geschriften in oud (haast onleesbaar) Nederlands, dat de walnoot een paar eeuwen terug ook al een bekende boom was. Die vind je op deze pagina als je halverwege naar beneden scrollt. Echt prachtig!
https://wilde-planten.nl/okkernoot. htm
WERELDWIJD
Wereldwijd is de Walnootboom te vinden op zo’n beetje alle gematigde klimaatzones en mediterane streken, maar ook te vinden in een landklimaat (Rusland, tot en met de Balkan zuid-oost Europa, tot aan de Himalaya, zuid- west China, en geheel Amerika. Met name in Californië is veel walnoten teelt). De boom houdt van voedzame kalkhoudende grond (ook vanwege de vorming van de nootschalen), zon en voldoende water doen de rest.
*******
Chestnut Tree
BESCHRIJVING
Afgebeeld is de eetbare kastanje. Dit is de ‘Kastanje Sativa’. Dat is afgeleid van de Latijnse benaming ‘Castanea Sativa’. De Kastanjeboom staat al sinds het Tertiair op Aarde.
In de volksmond wordt de eetbare kastanje ook wel ’tamme’ kastanje genoemd. Maar is deze benoeming nou wel zo handig? Misschien is er een reden voor verwarring bij mensen, die er vaak blijkt te zijn, omdat er ook een zogenaamde ‘wilde’ kastanje is, welke niet eetbaar is.
Zie daarvoor uitleg onderaan deze sectie ‘Waarom Kastanje Sativa?’ Derhalve is er voor gekozen om de eetbare kastanje hier gewoon ‘Kastanje’ te noemen.
VRUCHT
De Kastanjes groeien per drie noten in één bolster. De middelste noot is aan beide zijden afgeplat, met aan weerszijden aangrenzend de eveneens platte kant van een noot, die echter beiden aan de buitenkant bollend zijn. De bolster heeft lange en scherpe stekels.
Men zegt wel ‘Ruwe Bolster, Blanke Pit’. Nou, en als dat ergens voor op gaat, is dat wel de kastanje sativa! Alhoewel de noten doorgaans reeds donker kleuren in de bolster, die bij voldoende water niet te vroeg open splijt. Eenmaal op de grond gevallen of geoogst, worden de kastanjes prachtig kastanjebruin. Het vruchtvlees is wit of crème kleurig geel.
Eetbare kastanjes met open bolster, narijpend in de zon.
Stel dat je één of meerdere kastanjebomen op je landgoed zou willen planten, voor welke zou je dan kiezen? Logischerwijze zullen de meeste mensen in een hectarendorp voor de eetbare variant kiezen. Althans, als je van kastanjes houdt! Een paar bomen naast elkaar, en dan heb je een mooie wintervoorraad. En zou je ze dan in de omheining van een hectare willen planten, of als boomgaard? Of bijvoorbeeld langs de toegangswegen van het dorp? Dan wordt het De Kastanjelaan!
Hier staan nog relatief jonge kastanjebomen langs een twee meter breed weggetje. Dit ziet er uit als een gangbare weg in een hectaredorp! Dat zijn de wegen rondom de hectaren, die echter minimaal 3 tot 4 meter breed dienen te zijn.
En als deze kastanjebomen authentiek zijn, dus zoals ze oorspronkelijk in de natuur voorkomen, dan zijn ze te dicht op elkaar geplant. Want originele kastanjebomen groeien nog veel hoger en breder. In dit stadium nog mooi, maar als ze groter worden gaan de bladerdak-kronen elkaar verdringen. Als het cultivars zijn, of bomen geënt op een onderstam, blijven ze laagstam of halfstam, en dan kan het wel. Deze bomen staan in de buurt van Utrecht.
Tamme Kastanjes. Lekkerrrr!!!
KENMERKEN
NAAM
Kastanje Sativa (Eetbare Kastanje of Tamme Kastanje).
FAMILIE
Fagaceae (Latijn) Napjesdrager familie, beukachtigen.
GENERA (Geslacht)
Castanea Sativa (Latijn)
Deze kastanjebomen zijn volgens schatting zo’n 20 jaar oud. Ze zullen in loop der tijd hoger groeien, en nog iets meer uitdijen in de breedte.
SOORT (Rassen)
Er zijn volgens de bomenstichting 8 Castanea soorten in de gematigde en mediterrane zone op het noordelijk halfrond, maar slechts 1 soort groeit van nature in Europa, dus de Castanea Sativa.
BLAD (Vorm en Kleur)
Het blad van de kastanje is langwerpig en smal, en lancetvormig. De bladrand is getand.
MEER KENMERKEN
HOUT (Bast en Hout)
Kastanjehout staat bekend om de prachtige houtsoort. Omdat de kastanjeboom langzaam groeit, is de stam opgebouwd uit smalle jaarringen. Dit maakt de kwaliteit van het hout heel stevig. Ook is het hout fijnvezelig, het bevat veel looizuur, en is goed bestand tegen vocht. Door deze diverse kwaliteiten is het hout rotbestendig en duurzaam. Kastanje wordt als hardhout gebruikt voor de aanleg van vloeren, meubelen, raamkozijnen, bruggen, vaten, van oudsher steunpalen voor druivenstokken in Frankrijk, hekken en afrastering.
HOOGTE
De kastanje sativa kan een hoogte bereiken van zo’n 20 tot 30 meter.
OMVANG
Als solitair kan de boom breeduit groeien met een dichte volle kroon. Voor aanplant in een rij kan zeker 10 tot 15 meter onderlinge afstand gehouden worden. Bij hele oude bomen bereikt de stam een enorme dikte. Er zijn zeldzame exemplaren van bijna 8 ½ meter omtrek (omtrek > 845 cm), en ziet deze er op sommige plekken verdraaid uit met grote knoesten. Dat geeft de bomen op de lange termijn een heel karakteristiek voorkomen.
GROND
De Kastanje Sativa kan goed schaduw verdragen in de jeugd, maar volwassen bomen eisen veel licht.
Zij groeien van nature op vruchtbare humus-houdende grond, zandgrond, en zijn niet geschikt voor kleigronden of kalkrijke bodems. Te vinden op hogere gronden en lage berghellingen. De bomen kunnen ook goed tegen hoge luchtvochtgheid en wind.
LEEFTIJD
De Kastanjeboom is een imposante boom die heel oud kan worden, ook in Nederland. Er zijn wereldwijd zeldzame resterende exemplaren van zo’n geschatte 800 jaren oud, sommigen beweren zelfs nog ouder, anderen juist weer dat 200 jaar een gangbare leeftijd is en 500 jaar zo’n beetje het maximale bereikbare.
“In het zuidwesten van Frankrijk zouden bomen meer dan 500 jaar oud zijn. Aan de oevers van het Meer van Genève, in Thonon, kunnen de stammen van 2 kastanjebomen met een diameter tussen 14 en 15 m meer dan 1000 jaar oud zijn!
Het oudste exemplaar is wellicht een boom in Italië. Deze kastanjeboom bevind zich op de hellingen van de vulkaan Etna op het eiland Sicilië, die al een oude boom was toen Plato een gevangene in Syracuse was!
Koningin Jeanne van (voormalig) koninkrijk Aragon (Oost Spanje, Catalonië), die naar Spanje ging via Napels, had tijdens een onweersbui met al haar gevolg (meer dan 100 ruiters) onder deze kastanjeboom geschuild, die sindsdien de naam ‘Kastanjeboom van de Honderd Paarden’ heeft gehouden.
De betreffende boom is volgens schatting 2500 jaar oud.
Bovendien werd lang gedacht dat kastanjes een relatie hebben met de doden: in veel regio’s moesten kastanjes worden gegeten op Allerheiligen. In Vienne verzamelden de mensen zich op Allerheiligen in kastanjebossen. Dezelfde toepassingen zijn te vinden in het Italiaanse Piemonte.”
Bronnen:
‘Châtaigne ou Marron?’
‘Kastanjeboom van de Honderd Paarden’
BLOEI
Pas twintig jaar na aanplant van een kastanje in het jonge plant stadium, bereikt de kastanjeboom de vruchtbare leeftijd. Dan komen er dus pas bloesems en kastanjes aan. Maar na veertig jaar kunnen er per boom meerdere kratten vol met kastanjes geoogst worden. Plant je ze niet voor je zelf? Dan toch voor de volgende generatie!
De bloemen van kastanjes zijn eenhuizig, man en vrouw wonen dus samen in dezelfde boom. De kleine vrouwelijke bloemen bevinden zich aan de basis van de mannelijke opstaande aren. De bloei is eind juni begin juli in de vorm van goudgele bloemetjes. De aren of katjes bevatten lange meeldraden die pollen produceren welke door de wind worden verspreid.
Castanea Sativa – ‘aren’ mannelijke bloem
Castanea Sativa- Vrouwelijke bloem
(Foto: © aphotoflora. com)
Zo worden de kleinere en compacte vrouw-bloemen bestoven die in groepjes van twee tot drie bijeen zitten. Daarin worden na de bestuiving en bevruchting de bolsters gevormd waarin de kastanjes groeien.
GEOGRAFISH (Nederland-Wereldwijd)
Nederland
De Tamme Kastanje komt al sinds mensenheugenis voor in Nederland en vooral het zuiden van het land. Zo zijn er volgens de bomenstichting fossiele vondsten gedaan in Limburg van de Castanea (in oude kleilagen van Reuver) resterend nog van vóór de ijstijd. Elk nadeel heeft z’n voordeel en wellicht kan nu vanwege de klimaatverandering de boom ook goed gedijen in de rest van het land.
Wereldwijd
De Tamme Kastanje groeit uitbundig in zuid- en midden Europa en mediterrane gebieden, zoals Frankrijk, Spanje, Catalonië, Portugal, Italië, Griekenland, maar ook Armenië, Turkije en Noord Afrika, West Azië.
Waarom Kastanje 'Sativa'?
Het Latijnse woord ‘Sativa’ wordt vertaald als ‘Gecultiveerd’. Dit is echter verwarrend, want het woord klinkt als ‘cultivar’. En dat is een plant die door middel van verschillende technieken genetisch is gemanipuleerd. Gecultiveerd kan echter ook de betekenis hebben van ‘gekweekt’, dat is in de Engelse taal althans zo. Een andere vertaling voor ‘Sativa’ uit het Latijn is ‘gezaaid’.
Carl Linnaeus (arts, plantkundige, geoloog) beschreef halverwege de 18e eeuw de betekenis van het woord ook als ‘bruikbaar’, dus als ‘van toepassing’. Je zou dat verder kunnen omschrijven als dat de Kastanje Sativa ‘gekweekt is met een doel, be’nut’baar is (van ‘nuttigen’)’.
Dus aangezien de naam ‘Castanea Sativa’ uit het Latijn stamt, kunnen wij ons dan wellicht voorstellen dat in die tijd, men daarmee aangaf, dat de noot door mensen werd gepropageerd? Dat deze dus gangbaar bewust werd aangeplant, vanwege de consumptie-behoefte van de kastanjevrucht door mensen, en dieren?
Het ‘Sativa’ komt ook terug in andere Latijnse benamingen van planten, zoals bijvoorbeeld ‘Allium Sativum’ (Knoflook), en ‘Cannabis Sativa’ (Cannabis = Grieks = Hennep), en ‘Avena Sativa’ = Haver. Allemaal populaire planten dus toendertijd. Sativa is ook wel vertaald als ‘wild’ van wilde natuur. Of dat correct is kan lastig te beoordelen zijn, aangezien de oneetbare ‘wilde’ kastanje géén sativa in de benaming heeft!
Overigens, in de volksmond wordt de ‘wilde’ kastanje ook wel ‘paardenkastanje’ genoemd. Deze is echter óók voor paarden niet eetbaar. Omdat zowel de ’tamme-‘ als de ‘wilde’ kastanjes in een ruwe bolster met stekels groeien, zijn ze ook nog vaak lastig uit elkaar te houden, alhoewel de beide boomsoorten compleet van elkaar verschillen. Maar wie herinnert zich de biologie lessen over plantkunde nog? Het is derhalve goed om het verschil te weten, want de ‘wilde’ kastanjes zijn niet eetbaar en naar verluidt zelfs giftig voor mens en dier. Daarom wordt op deze webpagina aan beide soorten kastanjes aandacht besteed.
En vandaar dat voor het hectarendorp standaard de eetbare Kastanje als ‘Kastanje’ of uitgebreid als ‘Kastanje Sativa’ wordt benoemd.
Daarnaast, ‘Tamme Kastanje’ klinkt alsof het woord ’tamme’ de betekenis heeft van zoals een wild paard tam is gemaakt. En uit de betekenis van dat woord kan je dus niet opmaken dat de kastanje eetbaar is. Terwijl het Sativa die betekenis vanuit de etymologie wél heeft. Bij deze dus in ere hersteld!
Enne oja, in de Franse taal is dezelfde verwarring gaande, daar wordt de eetbare ‘Châtaigne’ regelmatig verward met de bekende niet eetbare ‘Marron’, en ook in gerechten zelfs wisselend benoemd.
Biologisch en Gecultiveerd
Biologische Kastanjes
Biologische Kastanjes zijn echt de lekkerste Kastanjes ooit! Deze zijn uit de Natuurwinkel, héél zoet met de unieke ‘kruidige’ Kastanje smaak.
Hieronder zie je gecultiveerde kastanjes die groter zijn dan de biologische kastanjes. Ze zien er heel mooi uit. Maar deze zijn commerciëel geteeld.
Genetische manipulatie
De bomen van dit type commerciële Kastanjes zijn gecultiveerd en genetisch gemanipuleerd. Jonge Kastanjeboompjes zijn geënt op een onderstam, waardoor de bomen tot ‘laagstam’ uitgroeien. Daardoor zijn de Kastanjes op lichaamshoogte te oogsten, en is er méér Kastanje opbrengst per boom.
Vanwege de genetische manipulatie groeit er per bolster slechts één Kastanje. Maar die is dan wel iets groter van formaat. Dit gaat echter helaas ten koste van de smaak, die er haast niet meer aan zit. En de textuur van het vruchtvlees is wat melig. Hierdoor kunnen ze overigens wel goed tot meel verwerkt worden.
Broodboom
In Frankrijk wordt de Kastanjeboom ook wel ‘Broodboom’ genoemd, en daar zit wat in! Want het kastanjemeel is heel goed in brood en gebak te verwerken. Dat werd vroeger ook van oudsher gedaan. Als je echter voor het eerst kastanjes proeft, kies dan voor de biologische variant. Of althans voor de niet commercieel geteelde! Want puur sec vanwege het woord: alle voeding die in de natuur groeit is in principe ‘biologisch’!
Kastanje als Basis Voeding?
VOEDSEL
De kastanje wordt door velen erkend als een delicatesse. In Nederland worden ze zelden gegeten, terwijl dit vroeger meer gangbaar was. In Frankrijk waar nog veel kastanjebomen voorkomen, kan je ze in steden bij marktkraampjes gepoft kopen en dan zijn ze nog warm. Op kerstmarkten worden ze met gluhwein geserveerd.
En het is verbazingwekkend dat de kastanje niet veel vaker als onderdeel van een maaltijd wordt geserveerd. Het kan bijvoorbeeld een hele goeie vervanger voor aardappelen zijn. Een paar kastanjes, bijvoorbeeld 7 à 8 stuks, zijn al verzadigend en super lekker! Een zoete unieke smaak, met niks te vergelijken, behalve… kastanjes!
En als je er 15 of méér wil eten, kan dat ook zonder enige bezwaren voor de gezondheid.
VOEDINGSWAARDE
Want in tegenstelling tot andere noten bevat de kastanje veel (complexe) koolhydraten, vezels en eiwitten en zeker de helft minder vet. Dit maakt de noot lichter verteerbaar. Daarnaast is het rijk aan vitamine C en mineralen. Het bevat tevens een aantal B vitaminen (B1, B2, B3, B5, B6, B11).
BEREIDING
Je kunt de Tamme Kastanje rauw eten (maar minder lekker), koken of poffen. Om ze te koken kun je ze in koud water langzaam aan de kook brengen en dan 8 minuten koken. (niet te lang want dan worden ze te droog). Daarna afgieten en laten afkoelen. De schil kan nu verwijderd worden door deze van bovenaf met een mesje in te kepen en daarna af te pellen. Het is een wat tijdrovend karwijtje. Er onder verschijnt een donkerbruin vliesje dat eetbaar is, en kan je er ook afhalen, maar hoeft niet. Is wat gepriegel. Daarna eventueel gaar smoren in een beetje walnootolie of roomboter. Met wat zout en peper. Dat maakt ze smeuïg en geeft ze nog wat extra cachet.
Recept van gerecht op het bord: Gekookte Kastanjes, een rode ui gefruit, op het laatst de kastanje champignons er bij afgeblust met sojasaus of worcestersaus en extra zout, op een laagje rijst. Met gestoomde pompoen. Eventueel rozenbottel- of granberry compote over de pompoen. Een aantal kastanjes zijn gehalveerd waardoor de witte binnenkant zichtbaar is. Bovenop liggen een paar hele kastanjes. Door ze gaar te smoren in olie of boter wordt het bruine laagje extra knapperig. Dit hoeft echter niet, kastanjes zijn gewoon enorm lekker van zichzelf. Vroeger werden er hele volksstammen mee gevoed, zowel de rijke ‘adel’ als de armen wanneer de kastanjebomen in de omgeving veel voorradig waren.
KASTANJEHONING
Om het geheel nog completer te maken kan je de compote zoeten met kastanjehoning. De bloesem van de bloeiende Kastanje Sativa is tevens een rijke voedselbron voor honing producerende bijen. De honing van Kastanje heeft een wat zwaardere smaak, een beetje als woudhoning (dat ook van bomen afkomstig is, in tegenstelling tot veldbloemen of struiken). Overigens produceren bijen ook honing van de bloesems van de prachtig bloeiende Paardekastanje, waarvan de kastanjenoten dus niet te eten zijn, maar de honing wel!
PANNEKOEKEN, SOEP, BROOD
Voorts is er van kastanjes ook bloem te maken door deze te drogen en te vermalen. Ideaal voedsel voor wintervoorraad. De kastanjes dienen na het oogsten in september of oktober snel verwerkt te worden, want anders kunnen ze gaan schimmelen, net als met fruit. Aldus, een goede kwaliteit Kastanjemeel is super lekker in pannekoeken, een paar eetlepels door de soep, of als aanvulling op broodmeel.
Hazel Tree
BESCHRIJVING
Hazelaar is de naam van een hoge meerstammige heester die als vruchten hazelnoten draagt. Er zijn vele soorten van. De hazelaar noten groeien met twee of drie hazelnoten aan één knop. Andere hazelnoot rassoorten, zoals Tombul (Turkije) geeft 4 tot 6 noten per tros.
Wanneer de hazelaar op een boom is geënt, ziet het er uit als een boom (de stam) met de struik als kroon in een V vorm. Dit verhoogt voor grootschalige teelt de productie, en vereenvoudigt het oogsten. Van nature groeit de hazelaar dus echter niet zo.
BLAD (Vorm en Kleur)
Het blad van de hazelaar is relatief groot en rond van vorm. De heester is bladverliezend en geeft mooie tinten in het herfstlandschap.
KENMERKEN
NAAM
Hazelaar, Boshazelaar, Krulhazelaar, Rode Hazelaar en Hazelnoot.
Latijn: Corylus Avellana (Gewone Hazelaar) en Lambertsnoot (Corylus Maxima). Beide soorten tellen vele rassen, en er zijn ook hybride rassen die door toedoen van mensen kruisingen zijn van de twee soorten.
Het woord Hazel stamt af van het Angelsaksische ‘haesel’, wat kap of kom betekent. Dat doet je wellicht denken aan de ‘napjesdragers’, de hazelnoot wordt botanisch bij de Berkenfamilie gerekend.
GENERA
Corylus
SOORT (Rassen)
Goede kwaliteit rassen (volgens telers), de eerste drie doen het ook goed in Nederland:
‘Halle’sche Riesen‘ (reeds in 1788 gezaaid in de plaats ‘Halle’ aan de Sahle, Duitsland, de noot wordt ook ‘Merveille de Bollwiller’ genoemd, de noten groeien enkel of in trossen van drie), Lang Tidig Zeller (Deens voor ‘Lange Vroege Hazelnoot’, noten groeien enkel of in in paren), Lange Spaanse (noten in trossen tot 5 stuks), Camponica, Morell, Pauetet, Impératrice Eugénie, Fertile de Nottingham, Gunslebert, Géante de Halle, Rode Zeller, Gustav´s Zeller, Pearson´s Prolific.
FAMILIE
Betulaceae (Berkenfamilie).
VRUCHT
Hieronder de hazelaar noten die in veel parken te vinden zijn. Dieren in het bos en vogels rapen ze van de grond.
MEER KENMERKEN
BLOEI
De Hazelaar kan prima in zowel zon als halfschaduw en is goed winterhard. De Hazelaar is een vroege bloeier met lange hangende katjes waarop piepkleine mannelijke bloemen.
De vrouwelijke bloemen bevinden zich op de tak in drie of vier knopjes bij elkaar. Wanneer deze bevrucht worden door de pollen van de mannelijke katjes, ontstaan hier de noten uit.
Dat zijn dan ook zo’n drie of vier hazelnoten in een cluster (in dezelfde formatie als de vrouwelijke knoppen bij elkaar staan).
Hier zie je de hulzen nog aan de boom van een cluster van drie, waar twee noten al waren uitgevallen.
De hazelaar is eenhuizig en een kruisbestuiver. Kruisbestuiving tussen de beide sexen is dus nodig voor de notendracht en dat gebeurt via de wind.
De katjes bloeien in de eerste drie maanden van het jaar. Er zijn overigens tegenwoordig ook zelfbestuivende cultivars verkrijgbaar. Of dit op de lange termijn leidt tot degeneratie van het voortplantings-mechanisme van de struiken is niet bekend.
In een hectarendorp kunnen voor de publieke domeinen en bijvoorbeeld de hectare-units, derhalve het beste drie soorten hazelaars bij elkaar worden geplant. Dat is ten bate voor de kruisbestuiving dus, maar dan elke soort in een aparte rij. Zij dienen dan wel bij elkaar in dezelfde boomgaard te staan (opdat de kruisbestuiving kan plaats vinden).
Door de drie soorten in afzonderlijke rijen te plaatsen kunnen de soorten ook apart geoogst worden. Het is voor Nederland tevens belangrijk om soorten te kiezen die goed gedijen in een kouder klimaat. (Zie SOORTEN).
Herfst. De grond is bezaaid met lege doppen van de hazelnoten. Vogels en kleine dieren zoals egels, muizen en eekhoorns, weten er wel raad mee!
De Hazelaar verspreidt zich van nature via de noten, die door de koude winter kunnen stratificeren, pas in de lente daarop, en soms ontspruit een noot pas na twee winters. De hazelaar breidt ook uit via uitlopende wortels die nieuwe scheuten leveren en gestekt kunnen worden.
HOUT (Bast en Hout)
Meerstammig. Licht gekleurd.
HOOGTE
6 meter
OMVANG
De Hazelaar is een heester die breed kan uitgroeien. Wanneer deze op een stam wordt geënt, en dus de vorm van een boom krijgt, en de heester vervolgens de ‘kroon’ van de boom wordt, beschrijven telers dat als een ‘vaas’ vorm.
GROND
Gedijt goed op een luchthoudende grond, voldoende vocht maar geen voortdurend natte bodem. Grond PH neutraal tot kalkrijk (6 tot 7.5)
LEEFTIJD
Na 10 jaar produceren hazelaars pas noten.
GEOGRAFISH (Nederland-Wereldwijd)
De hazelaar is een inheemse boomheester en komt van nature in ons land voor.
*******
Oak Tree
BESCHRIJVING
De meest voorkomende Eik in Nederland is de Zomereik Quercus Robur. Bovenstaande foto is nog van een relatief jonge Eik die al noten produceert. Onderstaande foto (bron internet) laat een wellicht honderd jaar oude Eik zien.
Onderstaand eikenoten van de ‘Kermes Eik Quercus Coccifera’. Kleine hulsachtige boom of heester (10 meter). Het omgekeerde blad laat meer de rand met puntige uiteinden zien wat bij deze soort hoort.
KENMERKEN
NAAM
Eik
Het afgebeeld blad op de eerste foto is van de Zomer Eik Quercus Robur. Het blad van de Winter Eik heeft dezelfde vorm, alleen de uitlopers zijn puntig.
GENERA
Latijn: Quercus.. Er zijn ongeveer negen genera (geslachten) van de Eik.
SOORT (Rassen)
Er zijn wereldwijd zo’n 600 soorten. Een aantal zijn:
Zomereik (Quercus Robur), Wintereik (Quercus Petraea), Moeraseik (Quercus Palustris), Amerikaanse eik (Quercus Rubra), Zachte eik (Quercus Pubescens), Kermeseik (Quercus Coccifera).
FAMILIE
Fagaceae (beuken en eiken).
Orde: Fagales.
VRUCHT
Eikels of Eikenoten 😉
KLASSE en CLADE
Zaadplanten en de clade: Fabiden, Bedektzadigen, Tweezaadlobbigen.
MEER KENMERKEN
BLAD (Vorm en Kleur)
Eiken zijn loofbomen en bladverliezend in de winter. In lente en zomer is het eikenblad groen. De bladeren verkleuren in de herfst tot geel- en bruintinten. De meest voorkomende Eik in Nederland is de Zomereik (Quercus Robur), deze heeft een golvende bladrand. De Amerikaanse Eik die hier ook voorkomt, heeft scherpere inkepingen met puntige uiteinden aan de bladrand.
De Zomereik
De Zomereik heeft een iets grilliger groei van de takken dan de Wintereik, waardoor de boom een karakteristiek beeld toont in het landschap.
Wintereik
De Wintereik kan volgens sommigen iets langer worden dan de Zomereik, alsmede wordt het blad zo’n 2 cm langwerpiger (gelobt-14 cm). De Wintereik verliest het blad echter in de herfst.
De bloei van de Wintereik is verspreid over een jaar, en deze overwintert dus in zekere zin, vandaar wellicht ook het onderscheid tussen ‘winter’eik en ‘zomer’eik. Hierbij worden de pollen (man-versie) gevormd in de lente (in de lange hangende katjes), maar pas een jaar later verschijnen de vrouw-bloemknoppen met de napjes in de volgende groeischeut van de tak, doorgaans laat in de lente. Overigens kruisen de winter- en zomereik ook.
BLOEI
Eiken zijn eenhuizig, man en vrouw wonen dus samen in dezelfde boom. De bloei is laat in het voorjaar in de vorm van bloemen die als langwerpige ‘katjes’ hangen aan de takken. Dit zijn de mannelijke bloemen. Deze bevatten lange meeldraden die pollen produceren welke door de wind worden verspreid.
De wind met de aanvoer van pollen bestuift vervolgens de veel kleinere en compacte vrouwelijke bloemen die in groepjes van één tot zeven bijeen zitten aan het uiteinde van de tak. Aan de basis van elke vrouw-bloem staat een klein napje, waarin de pollen landen en vervolgens de bevruchting plaats vindt. Daarna wordt het vruchtbeginsel gevormd. Dit zijn de noten van de boom. Elke noot herbergt één tot vier zaadjes.
HOUT (Bast en Hout)
De Eik wordt honderden jaren oud. Daardoor bevat de boomstam in dwarsdoorsnee veel houtringen (voor elk groei-jaar een ring). Dat maakt het hout van zowel de Zomereik als Wintereik extra stevig. Klassiek eikenhout wordt dan ook als loofhout tot het hardhout gerekend. De niet gecultiveerde soorten groeien ook langzaam, wat de kwaliteit van het hout optimaal maakt. Er gaan dan dus wel honderden jaren overheen.
HOOGTE
De Eik kan een hoogte bereiken van zo’n 45 meter.
De Eik komt voor in bosvorm, maar kan ook goed solitair functoneren als karakteristieke boom in het landschap. Al met al straalt de Eik een rustieke sfeer uit, en dat spreekt veel mensen aan. En in ieder geval gaat de Eik qua levensduur voor ons mensen zeker meerdere generaties mee.
OMVANG
Solitair kan de Eik enorm uitdijen, zowel qua omtrek van de stam (tot zo’n 6 a 7 meter in diameter), die soms ook uit meerdere stammen bestaat, of als er meerdere bomen vlak naast elkaar zijn gegroeid, alsmede de gigantische omtrek van de kroon, het bladerdak. Deze kroon is de eerste decennia kegelvormig, maar als de boom de ruimte heeft loopt deze na verloop van tijd breed uit.
GROND
Het voordeel is dat de Eik diep wortelt, dus geasfalteerde wegen zullen minder snel opgewerkt worden door de wortels.
BLIKSEM AFLEIDER?
Aangezien de Eik diep wortelt met een zogenaamde ‘penwortel’, heeft deze contact met diepere waterlagen in de aarde. Men zegt dat de boom daardoor iets gevoeliger kan zijn voor bliksem inslag. Om deze reden beweert men dat er vroeger ook wel Eiken dichtbij (hooggelegen) boerderijen en terpen werden geplaatst als bliksemafleider. Er zijn echter ook hele oude Eiken die blijkbaar de vele stormen des tijds hebben doorstaan.
LEEFTIJD
De Eik is een imposante boom die heel oud kan worden, ook in Nederland. Er zijn wereldwijd zeldzame resterende exemplaren van zo’n geschatte 800 jaren oud, sommigen beweren zelfs nog ouder, anderen juist weer dat 500 jaar toch zo’n beetje het maximale bereikbare is.
GEOGRAFISH (Nederland-Wereldwijd)
Nederland
In Nederland zijn de Zomereik (Quercus Robur) en de Wintereik (Quercus Petraea) het meest voorkomend, alhoewel de Wintereik veruit in de minderheid is (ongeveer 5%). Ook komt de Amerikaanse eik regelmatige voor, en andere geïmporteerde soorten, edoch allen behorend tot de genera Quercus.
Wereldwijd
De Eik groeit in West- en Midden Europa, maar komt ook voor in China, Noord- en Zuid Amerika, en het Midden-Oosten. In verhouding tot alle andere soorten bomen in Nederland, wat op moment van schrijven bestaat uit zo’n 100 miljoen bomen in totaal, (wat echt veels te weinig is), zijn ongeveer 20 miljoen daarvan Eik.
Eik als Voedselboom?
BOSLANDBOUW
De Eik heeft ook interessante eigenschappen waardoor deze gewild kan zijn op of rondom een familiedomein. Wellicht is aanplant rondom hectaren landbouwgrond de moeite waard. Te denken valt aan boslandbouw en kleinschalige veehouderij.
VOEDSELBOOM
In vervlogen tijden werd de eikenoot in bewerkte vorm door mensen geconsumeerd. Maar het is een type noot dat niet de eerste keus is voor consumptie, aangezien de eikel veel tannines bevat die eerst verwijderd dienen te worden. In grote hoeveelheden genuttigd is deze zelfs giftig en kan je er ziek van worden. Andere noten zoals kastanjes en walnoten hebben dat niet en smaken ook veel beter (zowel rauw als gekookt). Wellicht is het daarom beter als we de eikenoot voor het dierenrijk reserveren?
Anderzijds zou deze noot in situaties wanneer er geen ander eten voorhanden is, wél voor mensen als overlevingsvoedsel kunnen dienen, want heel Nederland ligt er in de herfst vol mee. Één hectare bos bestaande uit Eiken, levert zo’n 1000 kilo eikenoten op. Er zijn online dan ook recepten voor te vinden, inclusief hoe de tannine te verwijderen. De Eik geldt dus zeker als voedselboom.
PADDESTOELEN EN ZWAMMEN
Rondom de Eik en in Eikenbossen groeien ook paddenstoelen en zwammen zoals het Vroeg eekhoorntjesbrood (Boletus Reticulatus, Boletaceae) en de Biefstukzwam (Fistulina Hepatica). Beiden zijn eetbaar. Het Vroeg eekhoorntjesbrood heeft een zoete nootachtige smaak, groeit naast de Eik ook en vooral onder de Beukeboom.
De Biefstukzwam is eveneens eetbaar en groeit rokvormig aan de stam van de boom. Het ziet er ook echt uit als biefstuk en smaakt zurig en iets bitter. Eet echter nooit zomaar paddestoelen of zwammen zonder je er extra van te verwittigen of deze veilig en eetbaar zijn.
DIERVOEDER
Bepaalde wilde dieren hebben helemaal geen moeite met vertering van de eikel puur natuur, soms zelfs inclusief de hardere schil. Zij hebben een ander spijsverterings-mechanisme en leven grotendeels van deze noten. Dat zijn bijvoorbeeld eekhoorns, herten, wilde zwijnen en bepaalde vogelsoorten (zoals eenden, eksters en vlaamse gaaien), maar ook muizen, bevers en allerlei andere dieren in het bos eten de eikenoot.
Een eikenbos van zo’n 40 hectare levert zelfs zóveel voedsel en plekken om te nestelen, dat daar zo’n 300 tot 400 vogelsoorten van kunnen leven. Maar dan tellen ook de andere voedselbronnen mee die de Eik kan herbergen, zoals diverse insectensoorten die talloze kleine zangvogels aantrekken, vlinders, tot en met de boomsprinkhaan, deze is groen gekleurd en is de enige sprinkhaan die in bomen leeft.
ALS VEEVOER?
Als veevoer zijn eikels en ook de bladeren van de Eik niet geschikt. De tannines worden in het lichaam omgezet tot pyrogallol een sterk bloedgif dat hemolyse veroorzaakt. Grazend vee zoals Paarden, runderen en schapen zijn zeer gevoelig voor dat gif.
Misschien dat de noten ontdaan van de tannines wel geschikt zijn? Het verwijderen van de tannine kan door de noten te wassen en daarna voor een nacht of etmaal te weken. Het weekwater is daarna bruin gekleurd. Hierin zit de tannine. Daarna kan nog een aantal dagen geweekt en gespoeld worden en de noten tussendoor laten uitlekken. Zodra er geen bruin water meer van afkomstig is, is de tannine er geheel uit verdwenen. Dit proces kan versneld worden door de eikenoten vooraf te schillen. Dit kan mechanisch gebeuren.
MAST
Varkens daarentegen kunnen de noot goed verteren. Van oudsher werden de eikels ‘mast’ genoemd, en daar komt volgens Wikipedia het woord vetmesten (vetmasten) vandaan. Want de varkens en wilde zwijnen liepen vroeger gewoon in het bos om de eikenoten in de herfsttijd met hun snuit van de grond te rapen en te verorberen.
De noten bevatten dan ook zo’n 38% vet. In de Middeleeuwen zei men dat op eiken het beste spek groeit. En daardoor werd vooral de zomereik aangeplant voor de veehouderij. Dat komt omdat de eikels groter zijn dan die van de wintereik en dus meer voeding bevatten. Het varkensvlees wordt door deze noten smaakvoller. Het kleurt meer roze, is sappiger en malser, en heeft een ietwat zoetige en gerookte smaak. De eikels kunnen niet solitair dienen als varkensvoer. Dat komt omdat het vetpercentage hoog is, en de dieren daardoor een proteïne tekort kunnen krijgen. Eiwitten kunnen extra toegediend worden, ook door de varkens veel groenvoer te geven.
KOPJE KOFFIE?
Van Eikenoten wordt ook chichorei koffie gemaakt die je kant en klaar kan kopen. Het is toch wel een heel andere smaak, maar is als drank best lekker als je geen koffie wil drinken vanwege de cafeïne. Net zoals je voor chocola de vervanger carobe hebt. Deze laatste twee en ook de koffiebonen groeien helaas niet in Nederland. Daarom zal er altijd wel iets van internationale ruilhandel blijven bestaan. 🙂
*******
Beech Tree
BESCHRIJVING
De beuk is hier in prachtige herfsttinten getooid.
VRUCHT
Beukenootjes
De Beuk produceert in de herfst beukenootjes. Deze zijn voor mensen eetbaar, ze smaken een beetje melkachtig, en wel lekker! Voor het oogsten en pellen van een kommetje vol beukenootjes ben je echter wel even bezig, aangezien ze klein zijn. Ze dienen eerst uit het bolstertje gehaald te worden, of ook los gefourageerd van de grond als de beukenootjes al uit de bolster zijn gevallen.
Daarna dient het bruine harde schilletje gepeld te worden. Dan wordt het nootje met een dun bruin vliesje zichtbaar.
Consumptie van grote hoeveelheden beukenootjes geeft een ietwat stroeve structuur in de mond. Dat komt door het dunne vliesje wat niet verwijderd kan worden. Dit vliesje bevat de stof saponine (fagine). Als de gepelde beukenootjes geweekt en gespoeld worden, net als met de Eikenoten, wordt deze stof uitgewassen.
KENMERKEN
NAAM
Gewone Beuk
Latijn: Fagus Sylvatica
GENERA
Latijn: Fagus. Er zijn drie of meer genera van de beuk, waaronder de Fagus Sylvatica (Europa), de Fagus Crenata (Japan), en de Fagus Orientalis (Oostere beuk)
FAMILIE
Fagaceae (beuken en eiken)
BLAD (Vorm en Kleur)
Mooi ovaal stevig groen blad met een licht golvende bladrand, uitlopend in een punt. De nervatuur is bij ouder blad donker-bruinrood geaderd. In de herfst geeft de beuk prachtige tinten. Soms blijven de verkleurde bladeren nog tot halverwege de winter hangen. In bossen en onder de beuken is het schaduwrijk. Door het dichte bladerdak groeit er geen andere vegetatie onder. Dat is mede door het blad dat rijk is aan looizuur.
Halverwege oktober begint het blad van de Beuk met herfst tinten te verkleuren.
MEER KENMERKEN
SOORT (Rassen)
Fagus. Er zijn van de Beuk ook meerdere cultivars in de omloop, zoals bijvoorbeeld de bruine beuk, fagus purpurea met bladeren die in de herfst donker roodbruin verkleuren, en de cultivar Aspleniifolia waarvan de bladeren smaller van vorm zijn (volgens internet bronnen ook van eeuwen oude beuken. Of er toendertijd echter ook al bomen genetisch werden gemanipuleerd, en geënt, is nog maar even de vraag).
BLOEI
In Mei met katjes. De Beuk is een windbestuiver en eenhuizig (dus man en vrouw wonen samen = mannelijke en vrouwelijke bloemen aan dezelfde boom).
HOUT (Bast en Hout)
De bast van de beuk is grijs en heeft een glad oppervlak. Van beukenhout worden meubels en parketvloeren gemaakt. Het is dus stevig hout en het splintert weinig.
We kennen wel de uitdrukking ‘De beuk er in!’, en deze komt uit vervlogen tijden waar men de boomstam van een beuk gebruikte om bijvoorbeeld in tijden van oorlog een stadspoort in te rammen. Het hout is minder geschikt voor objecten buiten aangezien het snel zwart verkleurt in vochtige condities. Raamkozijnen krijgen dan bijvoorbeeld snel houtworm. Het hout is lichtgeel van kleur.
HOOGTE
De Beuk kan bijna 45 meter hoog worden!
OMVANG
De omvang van een hele oude beuk kan 7,5 meter bedragen. In Europa en Nederland staan hier nog enkele exemplaren van.
GROND
De Beuk kan goed gedijen op een matig kalkrijke en vochthoudende grond, deze dient wel goed doorlatend of leemgrond te zijn. Te natte- zowel als te droge zandgronden zijn geen ideale condities voor de Beuk. De boom doet het goed in bossen en langs wegen en lanen.
LEEFTIJD
Beuken kunnen zo’n 400 jaar oud worden onder optimale condities en uiteraard het behoeden van de bomen door mensen.
BLOEI
De boom bloeit in mei met hangende katjes, is eenhuizig en een windbestuiver en houdt van lange zomers (wie niet ehh).
GEOGRAFISH (Nederland-Wereldwijd)
Te vinden in gematigde klimaatzones, zoals in Nederland grotendeels te vinden op zand, leem en mergel en in de binnenduinen (behalve laag-veen en zeeklei gebieden) en Europa, Noord Amerika, West Azië.
SPIJSOLIE
Het is overigens niet meer in onze huidige cultuur vervat om beukenootjes culinair te verwerken, alhoewel deze vroeger wel vaker door mensen werden genuttigd. Er werd ook olie uit gewonnen, getuige een reclame van nog vóór de technologische revolutie. Zie afbeelding hieronder ‘Spijsolie uit het Bosh’. Maar dieren weten er wel raad mee, zoals eekhoorns en vogels.
EEUWENOUDE BEUK
Op onderstaande foto is een gigantische beuk te zien. Deze is reeds eeuwen oud en staat in Noord Holland.
Volgens het bijschrift is het de Bruine Beuk, de Fagus Sylvatica Purpurea.
Deze beuk is volgens schatting 226 jaar (wellicht veel ouder) en is de grootste in Noord Holland, en een na dikste in Nederland met een stamomvang van 7.25 meter. De boom heeft een geschatte hoogte van 18 meter (eerder rond de 30 meter zou je denken) en een kroon van 29 meter breed.
Bijbehorende fotos zijn genomen op 15 Oktober 2021. Het blad is voor een gedeelte al afgevallen, waardoor zowel de omvang van de half bebladerde kroon nog goed is te zien, alsmede het skelet van de stam en takken zichtbaar is geworden.
Waar zou de berekening van de leeftijd van de boom op gebaseerd zijn? Het maakt een veel oudere indruk. Als je daar staat kan je niets anders dan ontzag voelen voor deze reus, die generaties heeft zien komen en gaan, en de wereld nog gekend heeft van vóór de technologische revolutie. En dan leg je je hand op de stam, en verbind je je met de Aarde, en het verleden.
Deze boom staat in een oud dorp, en stond vroeger wellicht alleen langs een doorgangsroute. Zie je de rijtuigen met paarden en wagens al door de straat rijden, gemend door heren met hoge hoeden en dames van adel in het zwart gekleed achterin? Ja, vervlogen tijden.
KENMERKEN
NAAM
Bruine Beuk (?)
Latijn: Fagus Sylvatica Purpurea
Op het bordje bij de eeuwenoude beuk staat dat het de Fagus Sylvatica Purpurea is. Dit duidt echter op de naam van een cultivar, die altijd uit drie namen bestaat, de derde verwijst naar de cultivar variant. Maar waren die er al zo’n 200 tot 300 jaar terug? Mmm. Of is de Bruine Beuk gewoon een andere soort dan de Gewone Beuk? Dan zou deze dus slechts twee namen dienen te hebben. Wel, de denderologen mogen het zeggen!
GENERA
Latijn: Fagus. Familie Fagaceae.
VRUCHT
Vanaf september tot begin oktober ligt de grond onder deze eeuwenoude beuk bezaaid met honderden beukenootjes.
MEER FOTOS (volgen nog)
SOORT (Rassen)
Fagus. Er zijn van de Beuk ook meerdere cultivars in de omloop, zoals bijvoorbeeld de bruine beuk, fagus purpurea met bladeren die in de herfst donker roodbruin verkleuren, en de cultivar Aspleniifolia waarvan de bladeren smaller van vorm zijn (volgens internet bronnen ook van eeuwen oude beuken. Of er toendertijd echter ook al bomen genetisch werden gemanipuleerd, en geënt, is nog maar even de vraag).
BLOEI
In Mei met katjes. De Beuk is een windbestuiver en eenhuizig (dus man en vrouw wonen samen = mannelijke en vrouwelijke bloemen aan dezelfde boom).
HOUT (Bast en Hout)
De bast van de beuk is grijs en heeft een glad oppervlak. Van beukenhout worden meubels en parketvloeren gemaakt. Het is dus stevig hout en het splintert weinig.
We kennen wel de uitdrukking ‘De beuk er in!’, en deze komt uit vervlogen tijden waar men de boomstam van een beuk gebruikte om bijvoorbeeld in tijden van oorlog een stadspoort in te rammen. Het hout is minder geschikt voor objecten buiten aangezien het snel zwart verkleurt in vochtige condities. Raamkozijnen krijgen dan bijvoorbeeld snel houtworm. Het hout is lichtgeel van kleur.
HOOGTE
De Beuk kan bijna 45 meter hoog worden!
OMVANG
De omvang van een hele oude beuk kan 7,5 meter bedragen. In Europa en Nederland staan hier nog enkele exemplaren van.
GROND
De Beuk kan goed gedijen op een matig kalkrijke en vochthoudende grond, deze dient wel goed doorlatend of leemgrond te zijn. Te natte- zowel als te droge zandgronden zijn geen ideale condities voor de Beuk. De boom doet het goed in bossen en langs wegen en lanen.
LEEFTIJD
Beuken kunnen zo’n 400 jaar oud worden onder optimale condities en uiteraard het behoeden van de bomen door mensen.
BLOEI
De boom bloeit in mei met hangende katjes, is eenhuizig en een windbestuiver en houdt van lange zomers (wie niet ehh).
GEOGRAFISH (Nederland-Wereldwijd)
Te vinden in gematigde klimaatzones, zoals in Nederland grotendeels te vinden op zand, leem en mergel en in de binnenduinen (behalve laag-veen en zeeklei gebieden) en Europa, Noord Amerika, West Azië.
Ornamental Chestnut
BESCHRIJVING
Zoals de meeste mensen wel weten, en ook eerder op deze pagina al is vermeld bij de Tamme Kastanje, is er ook een kastanje boomsoort waarvan de kastanjes niet eetbaar zijn. Dat is de Wilde Kastanje, ook wel Paardenkastanje genoemd. Dat is vanwege de Latijnse benaming ‘Hippocastanum’, ‘hippo’ is paard en ‘castanum’ is kastanje.
In de lente geeft de boom goede sier met prachtige bloesems. Deze staan als schitterende pronkstukken op de takken. De grote bloemen worden ook wel ‘kaarsen’ genoemd. En wanneer de gehele boom in bloei staat, is het een lust voor het oog!
WILD OF TAM?
Over de namen kunnen we nog wat filosoferen. Want de naam ‘Wilde Kastanje’ versus ‘Tamme Kastanje’, doet vermoeden dat alleen de wilde kastanje in het wild groeit. Daardoor komt het over alsof de ’tamme’ kastanjeboom is gecultiveerd. Een kastanjeboom die ’tam’ gemaakt zeg maar. Dus ‘Tam’ versus ‘Wild’? Maar dat is niet zo.
Want de eetbare Tamme Kastanje Sativa komt van origine óók in de natuur voor. Het is een authentieke oerboom. Dat de Tamme Kastanje geen gecultiveerde variant van de Wilde Kastanje is, mag ook wel blijken uit het feit dat de bomen tot verschillende families behoren!
Aesculus × carnea (Hybride)
Om het nog ingewikkelder te maken, is er tegenwoordig ook een hybride paardenkastanje boom. Dit is een kruising van twee verschillende soorten, de wit bloeiende Aesculus Hippocastanum met de roodbloeiende Aesculus Pavia. Het geeft prachtig roze bloesems en een schitterende aanblik.
Maar… deze hybride ‘wilde’ kastanje is dus álles, behalve wild! De bomen produceren geen kastanjes -of deze zijn infertiel- en soms ook zijn de hybride soorten meer onderhavig aan boomziekten en na een x aantal jaren opeens vroegtijdig verval. Zou dat het resultaat kunnen zijn van genetische verzwakking?
KENMERKEN
NAAM
Aesculus -Hippocastanum (Latijn)
Witte PaardenKastanje
Aesculus Parviflora (Latijn)
GENERA
Aesculus (Paardenkastanje)
FAMILIE
Sapindaceae – Zeepboom familie. Clade: Malviden.
HOOGTE
Witte Paardekastanje 20 tot 25 meter.
Rode Paardekastanje 20 meter.
SOORT (Rassen)
Volgens wikipedia ruim 20 soorten. Ook zijn er meerdere hybriden.
VRUCHT
De kastanjenoot van de Wilde Kastanje groeit eveneens als die van de Tamme Kastanje in een bolster, maar de stekels van de wilde kastanje zijn veel korter. De wilde Kastanjenoot die in de bolster zit, is bitter van smaak en giftig voor mens en dier.
In the herfst worden de niet eetbare kastanjes zichtbaar in de opengaande hulzen. Wilde kastanjes zijn gladder en iets donkerder van kleur, en hebben ook géén pluimpje bovenop (wat de tamme eetbare kastanjes dus wel hebben).
BLAD
Het blad van de Wilde Kastanjeboom heeft 5 grote bladeren die in een handvorm aan het uiteinde van de steel groeien.
MEER KENMERKEN (volgt nog)
BLOEI
I
HOUT (Bast en Hout)
I
OMVANG
I
GROND
I
LEEFTIJD
I
GEOGRAFISH (Nederland-Wereldwijd)
De paardenkastanje komt op het noordelijk halfrond voor (Noord Amerika, Europa, Zuidoost Europa, de Himalaya, China en Japan.
NAAM PAARDENKASTANJE
Het blijkt echter dat de Paardenkastanje in het Latijn deze naam heeft gekregen omdat er in de herfst op de takken hoefijzer vormpjes achterblijven. Dat is op de plekken waar de aanhechtingsplaatsen waren voor de bladstelen, die in het najaar loslaten. De hoefijzer afdrukken ontstaan door de holle ‘u’ vorm aan het begin van de bladstelen. Dus daar is de boom dan zeker aan te herkennen.
Echter, als je dat niet weet, dan zou je dus toch kunnen denken dat de bomen iets met Paarden van doen hebben, toch? Veel mensen denken dat. Maar dat is ook niet zo. De kastanjes van de Paardenkastanje zijn giftig voor mens en dier.
*******